Voor heel wat wandelaars is stappen naar Compostela dé ultieme droom. Velen ondernemen de pelgrimstocht tegenwoordig ook zonder religieuze insteek, maar vooral voor de sportieve uitdaging, al dan niet gekoppeld aan het steunen van een goed doel. In deze wandel.be blog delen we de ervaringen van Bert Surmont, die zijn droom verwezenlijkte en vanuit Aalst naar het noorden van Spanje wandelde. Na iets meer dan 100 dagen bereikte hij zijn einddoel: de kathedraal van Santiago de Compostela. Laat je inspireren (en misschien wel overtuigen?) door het reisverhaal en de camino van Bert.
Tekst: wandel.be & Bert Surmont Foto's: Bert Surmont
Vanuit België naar het noorden van Spanje stapte Bert de maar liefst 2.333 kilometer in 102 dagen, waarvan 93 effectieve stapdagen en 9 rust- of toerismedagen. Het bracht hem door 16 Franse departementen en 7 Spaanse provincies. De route stelde hij samen in functie van mogelijke slaap- en bevoorradingsplaatsen. “De eerste 280 kilometer leidden tot in Reims, waarna ik de Via Campaniensis volgde: door de prachtige Champagnestreek, langs Troyes tot in Vézelay”, vertelt Bert. “De basiliek Sainte-Marie-Madeleine van Vézelay is het startpunt van de Via Lemovicencis die me door de groene long van Frankrijk gidste, helemaal tot aan de voet van de Pyreneeën in Saint-Jean-Pied-de-Port. Daar start de Camino Francés, die me in 774 kilometer over de Pyreneeën en door Spanje bracht, om uiteindelijk te finishen aan de iconische kathedraal van Santiago de Compostela”
Een langeafstandstocht van ruim 2.300 kilometer is altijd een stap in het duister. Je weet nooit echt hoe een lichaam reageert op de dagelijkse inspanningen van 5 à 6 uur. Maar zonder specifieke voorbereiding vertrekken is uit den boze, maakt Bert duidelijk: “Een goede basisuithouding is belangrijk en had ik als frequente sporter al. Maar een klein jaar op voorhand ging ik speciaal op kracht trainen, met een focus op rug en schouders, dat heeft me enorm deugd gedaan. Daarnaast maakte ik ook wekelijks 1 à 2 wandelingen – natuurlijk uit de wandel.be kalender van Wandelsport Vlaanderen vzw – van 20 tot 30 kilometer, steeds met een rugzak van 15 kilogram. Gelukkig ben ik tijdens mijn tocht gespaard gebleven van ernstige kwetsuren.”
Drieënhalve maand zonder enige beslommeringen door de adembenemende natuur wandelen was een unieke ervaring en een enorm voorrecht, zo beseft Bert. “De gastvrijheid, de behulpzaamheid en de vriendelijkheid van mensen hebben me aangenaam verrast. Mensen riepen mij zomaar binnen om iets te komen eten of drinken. Ongelooflijk!” Aan opgeven heeft Bert dan ook nooit gedacht. “Ik heb ervaring in langere loopafstanden en dan weet je dat er momenten zijn dat je bijna tegen een muur loopt en dat je op karakter door moet. Tijdens de camino heb ik het ook af en toe meegemaakt, want iedere dag staan er 25 stapkilometers op het programma, bergop en bergaf. Ik had een totaal van 35.250 hoogtemeters, dat zegt wel genoeg. Bovendien stapte ik geruime tijd in een hittegolf. Als je dan met een zware rugzak een berg op moet vraag je je soms af: “Waar ben ik mee bezig?”. De tocht onderschatten heb ik zeker niet gedaan, maar ik geef gerust toe dat het soms moeilijk was”, zegt Bert. “Al word je aan het eind van een beklimming wel vaak beloond met schitterende uitzichten, dat helpt veel. En blaren krijgt iedereen, mezelf incluis. De eerste week voelde ik ieder spiertje in m’n lichaam, maar dat verdwijnt naarmate de kilometers vorderen.”
Het moeilijkste moment beleefde Bert ergens tussen het Spaanse Burgos en Léon. De Spaanse hoogvlakte of meseta is er desolaat en plat, maar liefst 250 kilometer lang. “Het is het enige vlakke stuk tijdens de route, maar er zijn geen bomen en dus ook geen schaduw. Ik passeerde er net tijdens de hittegolf, met dagelijkse temperaturen tussen 35 en 40 graden. Ook al was er weinig te zien, toch had dat desolate ook wel weer iets magisch en moois.” Een zeer bijzonder moment vond plaats in het dorpje Sainte-Foy-la-Grande, middenin de Bordeauxstreek. Bert stond op zijn gps te kijken, toen een auto stopte. “De man vroeg of ik de weg kwijt was en nodigde mij prompt uit om bij hem te komen eten. De lunch met zicht op de wijngaarden was al onvergetelijk en toen vertelde de man me ook dat hij helikopterpiloot was. Uiteindelijk maakten we zelfs samen een ongelooflijke vlucht in een aerokopter, over de weidse wijngaarden.”
Stap voor stap komt de eindmeet dichterbij en plots doemt Compostela dan ook op. “Ik was zo ontzettend blij en fier op mezelf. Het was een echte ontlading en finishen gaf me een euforisch gevoel. De kathedraal in Compostela is ook echt een fantastische aankomstplaats. En daar sta je dan, samen met honderden pelgrims aan te schuiven voor je papiertje, dat nu netjes thuis ingekaderd hangt.” Misschien nog het moeilijkste van al tijdens de tocht: heimwee overwinnen. “Je dierbaren ruim 100 dagen achterlaten is echt niet evident: niet voor mij, maar ook niet voor de thuisblijvers. Mijn respect en dankbaarheid voor hen is dan ook groot”, besluit Bert Surmont.
Na zijn ruim 100 dagen lange tocht pende Bert z’n ervaringen neer in het boek Stap voor stap naar Santiago de Compostela – 102 dagen pelgrimeren. Het werd een interessante handleiding voor mensen die geïnteresseerd zijn in een langeafstandswandeling naar Santiago de Compostela. Het boek is gedocumenteerd met foto’s, logeeradressen, tips & tricks,… Bestellen kan via de website van Bert.
Meer weten over pelgrimeren naar Santiago de Compostela? Op de website van het Vlaams Compostelagenootschap vind je heel wat praktische informatie over pelgrimeren, de verschillende routes en zijn er ook heel wat handige gidsjes te koop.